Arthur Japin
Arthur Japin is geboren in 1956. Hij woonde in Haarlem en studeerde daar aan het gymnasium, om vervolgens de studie Nederlandse taal en letterkunde te gaan volgen. Na deze studie ging Japin naar de theaterschool waar hij in 1982 afstudeerde. Arthur Japin had een zware jeugd gehad. Hij werd veel gepest, zowel geestelijk als lichamelijk, en toen hij twaalf was pleegde zijn vader zelfmoord. Door al deze gebeurtenissen schepte Arthur Japin een soort fantasiewereld om zich heen, als vlucht uit de realiteit. In 1996 debuteerde Arthur Japin met: "Magonische verhalen", een verhalenbundel. Later volgden de boeken: "De zwarte met het witte hart", "de vierde wand", "de droom van de leeuw", "een schitterend gebrek" en nog meer. Nu woont Arthur Japin samen met twee andere mannen, waar hij een relatie mee heeft. Voor meer informatie, en al het werk van Arthur Japin, klikt u hier. Voor een samenvatting van het boek "Vaslav", klikt u hier.
Je ziet een heel duidelijk verband tussen Arthur Japin en de thema's waarover hij schrijft. Arthur Japin was veel gepest, hij is altijd een buitenbeentje geweest. Hij schrijft voornamelijk over mensen die niet bij de massa horen, dus ook over buitenbeentjes. In het boek "Vaslav", merk je dit ook weer op. Vaslav was een ontzettend goede danser, maar sociaal was hij erg moeilijk, Vaslav kreeg veel psychische problemen. Hij was dus anders dan de "massa". Een andere belangrijke overeenkomst is, is dat Vaslav een relatie met een man had, wat in die tijd een absoluut taboe was. Arthur Japin is homoseksueel, hier is dus ook een verband te zien.
Thematiek
In het boek "Vaslav" komen verschillende thema's aan bod, een hiervan is schizofrenie. Vaslav had een enorm talent voor dansen. Hij was een legendarisch danser, wanneer hij sprong, leek het alsof hij even in de lucht bleef hangen. Maar verder was hij zo gek als een deur. Op het podium leefde hij op, maar daarbuiten was hij net een klein kind. Toen zijn vrouw hem meenam, nadat Vaslav had verklaard dat hij nooit meer zou gaan dansen, naar de dokter werd er "ongeneesbare schizofrenie" geconstateerd, en Vaslav werd in een gekkenhuis geplaatst. Persoonlijk vind ik het belachelijk dat Vaslav zo in een hokje werd geduwd, en in een gekkenhuis werd gezet. Tuurlijk, hij was anders, hij was sociaal moeilijk, had psychische problemen, en had veel verzorging nodig. Maar het feit dat iemand anders is, maakt die persoon nog niet meteen gestoord! Vaslav had zijn eigen opvattingen, mensen moesten, volgens hem, meer liefde tonen. Ik denk, dat wij hier allemaal wat van kunnen leren. Vaslav dacht veel simpeler, maar ook veel gerichter. Waarom doen mensen zo gehaast? Waarom vinden mensen je gek als je buiten iemand aanklampt om diegene te vertellen dat het leven zo mooi is? Vaslav had een prima leven bij zijn vrouw, hij kreeg de verzorging die hij nodig had, en was dolblij met zijn vrouw en zijn dochtertje. Tuurlijk had Vaslav ook psychische hulp nodig, maar wel aangepast naar hem. Vanaf het moment dat hij in de kliniek terecht kwam, ging het bergafwaarts met Vaslav. Het is dus niet alleen een ontzettend rare en ongefundeerde constatering, dat Vaslav opgenomen moest worden in een kliniek, maar het heeft hem ook nog eens helemaal niets geholpen. Integendeel zelfs! Ik vind het goed dat dit thema aan bod kwam, omdat dit een thema is dat nu ook speelt. Niet zó erg natuurlijk, maar er moet wel aandacht voor blijven. Mensen een label opplakken is misschien handig voor behandelingen, maar we moeten altijd kritisch blijven kijken of deze behandeling ook echt werkt, bij elk individu is dat namelijk anders.Stijl
Arthur Japin heeft "Vaslav" geschreven vanuit drie perspectieven. Vanuit het perspectief van Peter, de dienstbode, hij kijkt wat nuchter, maar toch zeer betrokken toe. Hij is ook degene die als eerste doorhad dat er iets misging met Vaslav, helaas geloofde niemand hem, want hij was "maar een dienstbode". Het volgende deel is vanuit het perspectief van Sergej Pavlovitsj, de ex-geliefde van Vaslav. Hij houdt nog steeds ontzettend veel van Vaslav en ziet Vaslav zijn huidige partner, de vrouw van Vaslav, als Vaslav zijn ondergang. Het derde deel van het verhaal is geschreven vanuit het perspectief van Romola, Vaslav is haar leven, en zij doet er alles aan om Vaslav te laten dansen. Het laatste deel is weer geschreven vanuit het perspectief van Peter. Ik vind het heel knap hoe Arthur Japin zich zo in kan leven in deze drie, totaal verschillende, personages. De manier waarop hij de woorden van personages kiest, en hoe hij hun gedachtes neerzet, is werkelijk geweldig. Wat ik ook heel mooi vind, is hoe de verleden-heden structuur is opgebouwd, het loopt een beetje door elkaar heen. Toch weet je bij elk stukje van het boek precies waar in Vaslav's leven je je bevindt. Arthur Japin heeft er bewust voor gekozen om geen biografie te schrijven, maar meer het verhaal om Vaslav Nijinski heen. Ik vind dat een ontzettend goede keus. Naar mijn mening krijg je zo een veel beter beeld van wat voor een impact Vaslav, als persoon en als danser, toen heeft gehad.
Verbeteringen
Ik vind het heel moeilijk om verbeterpunten aan te geven, dat komt omdat Arthur Japin een van mijn favoriete schrijvers is en omdat het boek Vaslav, al een paar jaar, mijn lievelingsboek is. Als ik dan toch een verbeterpunt moet aangeven, zou dat het volgende zijn: In het boek lees je veel hoe mensen over Vaslav denken, maar wat soms een beetje mist zijn Vaslav's eigen gedachten. Ik zou het fijn hebben gevonden als Arthur Japin een klein stukje van het dagboek van Vaslav (Vaslav begon met zijn dagboek toen hij stopte met dansen en praten) in het boek had verwerkt, zodat je je misschien je een beetje beter kan verplaatsen in Vaslav. Een ander dingetje is hét belangrijke punt in het boek, hét moment waar het allemaal om draait. Dat is het moment dat Vaslav besluit om nooit meer te dansen, midden op het podium stopt hij tijdens zijn voorstelling, en zegt: "En nu is het kleine paardje moe". Dit moment wordt, in Peter zijn beleving, niet heel uitgebreid beschreven. Dat vind ik jammer, want Peter had het aan zien komen. De moment ervoor en de momenten erna kwamen wel aan bod, maar hét moment niet heel sterk. Ik had het fijn gevonden als dat moment wat duidelijker beschreven werd, en misschien wat meer vanuit Vaslav zelf. Verder zie ik geen minpunten, de spanningsboog is goed, het verhaal is fantastisch, evenals de schrijfstijl.
Nieuw einde
Als ik zelf het einde van het boek zou mogen schrijven, zou ik kiezen voor een stukje waarin Vaslav het moment beschrijft dat hij stopt met dansen.
Ik kan het niet meer, nooit meer. Laat ze maar praten en doen, maar ik dans niet meer. Deze wereld begrijpt mij niet, en ik begrijp deze wereld niet. Langzaam stop ik met mijn bewegingen. Ik kijk de zaal in, deze mensen willen mij alleen zien bewegen. Ze willen sprongen zien, maar niet mijn dans. Mijn dans heeft een verhaal, en de sprongen spelen daarbij een rol. Maar niemand wil mijn verhaal horen, niemand luistert wanneer ik het vertel in mijn dans. Mensen willen zien hoe ik boven de grond hang. Alleen de wonderen willen zij zien, maar de wonderen zitten niet in mijn sprongen, de wonderen zitten in het verhaal. In het verhaal van de liefde. "En nu is het kleine paardje moe" komt er uit mijn mond, ik laat mijn handen zakken en blijf zo een tijdje staan. Wat is het nou allemaal nog waard? Waarom ziet niemand wie ik ben? Mensen zien wat ze willen zien, mensen leven zoals zij denken dat dat moet. Niemand lijkt mij te begrijpen. Ik wil dat mensen liefhebben. Heb de wereld lief, heb elkaar lief! Kijk niet naar mij, kijk niet naar mijn sprongen. Kijk naar binnen, kijk naar mijn verhaal en hoor het! Iedereen is boos. Boos omdat ik mijn voorstelling niet heb afgemaakt. Niemand zegt het, maar ik voel het, ik weet het. Zoveel mensen zijn hier naartoe gekomen, zoveel moeite is gedaan. Romola, mijn lieve Romola. Zij heeft zoveel geregeld, het eten, de zaal en nog veel meer. Ik hou van haar, ik hou van haar. Maar ook zij ziet mij niet. Zij ziet ook niet wat mijn verhaal is. Peter is ook lief. Peter zei dat het goed was zo. Misschien snapt Peter mij nog het beste van iedereen, al laat hij dat niet merken, niet aan de buitenwereld. Het enige dat ik nu nog wil is slapen, het liefste de rest van mijn leven. Mensen zijn rare personen. Ik wil niet meer praten met mensen, ze luisteren toch alleen maar naar zichzelf. Ik had het niet door, toen *Sergej mijn voeten begon te wassen. Hij praatte tegen mij, dat voelde vertrouwd. Toen zag ik Peter de houtblokken sjouwen. Zoals hij dat altijd deed, zo toegewijd en geconcentreerd. Hij heeft het nooit willen geloven, maar dit is mooi. Dit ik kunst. Ik stond op en imiteerde zijn poses. Peter keek mij raar aan, hij snapte mij niet. Toch heb ik het geprobeerd. Ik, Vaslav Nijinski heb geprobeerd de wereld te bereiken en te begrijpen, en ik heb gefaald. Maar het is goed zo. Het is goed zo.
*Sergej= de (mannelijke) ex van Vaslav Nijinski